Wie heeft er nou zin om lange saaie teksten te lezen?

Teksten. Ellenlange lappen tekst. Een woordenbrij waar maar geen einde aan komt. Pfff. Dit herken je ongetwijfeld. De lust wordt je ontnomen om te gaan lezen. Maar soms moet je zelf wel eens een stukje schrijven. Bijvoorbeeld een brief, een blog of een verslag. En dan wil je toch ook graag dat het gelezen wordt. Dat de lezers na de eerste zin niet afhaken. Om dat te voorkomen geef ik je een aantal praktische tips.

1. Denk er over na wat je wilt vertellen. Voordat je gaat schrijven moet je precies weten wat je wilt overbrengen. Wat je doel, boodschap en standpunt zijn. Dat is echt de basis om een goed en leesbaar verhaal op papier te zetten.
2. Zorg voor een goede opbouw. Een kopregel en inleiding die prikkelen. Een middenstuk waar je je informatie deelt en uitleg geeft. Een einde waarin je terugkomt op wat je in de inleiding aankondigt.
3. Gebruik een pakkende kop. De titel of kop boven de tekst is van groot belang. Deze moet de aandacht trekken en uitnodigen om te gaan lezen. Ik heb daar eerder al eens een blog over geschreven. Hierbij een linkje voor de geïnteresseerden.
4. Stel een limiet aan het aantal woorden. Zo dwing je jezelf om het verhaal of informatie die je wilt overbrengen zo kort mogelijk te houden. Vergelijk het met een ‘elevator pitch’ waarin je binnen een minuut moet vertellen wie je bent en wat je toegevoegde waarde is. De limiet van deze blog is 450 woorden. Tel maar na.
5. Houd je zinnen kort. Je kent ze wel, van die spaghetti-zinnen. Zinnen die bestaan uit 5 regels met een hoop komma’s en lelijke werkwoordcombinaties (‘zou willen kunnen’). Beperk je zinnen tot maximaal anderhalve regel. Breek je zin gewoon in stukken op de plek waar komma’s staan. Het werkwoord ‘zouden’ is verboden. Deze maatregelen komen de leesbaarheid van je stuk echt ten goede.
6. Vermijd te moeilijke woorden. De verleiding kan groot zijn om moeilijke woorden te gebruiken. Je probeert ‘cachet’ te geven aan je ‘schriftuur’ door te ‘staven’ dat je ‘vocabulaire’ ‘exceptioneel’ is. Je schrijft echter niet voor het Groot Dictee der Nederlandse Taal.

Uiteraard zijn er nog veel meer tips om een goed leesbaar stuk te schrijven. Maar houd deze 6 in gedachte. Ben je klaar met je tekst, laat deze dan nog even door iemand nalezen. Misschien wordt er nog wel een ‘dje’ of een ‘tje’ teveel of te weinig uitgehaald. Tot zo ver mijn betoog. Ik wil immers de grens van 450 woorden niet overschrijden.

Wil je het schrijven liever uitbesteden? Geen enkel punt. Neem gerust contact met me op!